- hderore
My bonnie Scotland...

Het is teveel om neer te schrijven. Teveel op elk gebied. Er passeren honderden beelden door mijn hoofd en ik moet mijn kladblok erbij nemen om ze één voor één te situeren. Ik heb moeite met namen. Altijd gehad, en buiten Edinburgh en The Highlands kende ik er geen enkel. Ja, akkoord, de brochure vertelt veel. De brochure geeft je een prachtige opsomming van bezienswaardigheden maar je kan er enkel hun foto bij kleven. Hun voorgekauwd beeld en dat beeld klopt. Voor de volle honderd procent. Maar de beleving is toch nog wat anders. Het is vreemd, maar het zijn niet de kastelen die ik onthouden heb, terwijl me die aanvankelijk het meest interesseerden en lokten. Er zijn nochtans mooie bij, zoals Alnwick Castle (Zweinstein), Bamburgh Castle en Balmoral. Het kasteel waar we in overnachtten mocht er ook best wezen. Tulloch Castle. Van vele andere schiet er niet zoveel over. In vroegere eeuwen was er wel wat tumult tussen de verschillende clans. En dan had je ook nog die vervelende Engelsen... Het meest gefotografeerde kasteel of ruïne is Eileen Donan Castle bij Kyle of Lochalsh. Inderdaad heel prachtig, maar toch is het dat niet wat me nu al doet verlangen om terug te keren. Ik begrijp nu een klein beetje het nummer 'My bonnie is over the ocean' en de heimwee van de vele Schotse boeren die door de Engelsen gedwongen werden om hun land te verlaten en hun geluk gingen zoeken in 'The land of the free' (Amerika dus). Schotland is warm, en dan bedoel ik natuurlijk niet het weer. We hadden geluk. Zeven dagen een stralende zon met één grijze, mistige ochtend. Speciaal voor ons gereserveerd, zodat we het echte Schotland even te zien kregen. Nee, de mensen zijn warm en vriendelijk. Ik zie hun gezichten nu weer voor me. Katrine van de B&B in Tanent met haar zieke hond en zieke zus 'who never looked healthier', en Mary van de B&B in Balloch die al bleek werd bij de gedachte aan een overzetboot, en Cameron van de Jeepsafari. Zo jammer dat we daar geen foto van hebben genomen. Eén meter negentig, grijs haar, Schotse rok, kousen tot aan zijn knieën, sportschoenen en een anorak. De meest geslaagde combinatie 'ever'. Maar mijn god, die man kon vertellen. Over General Wade die Franse krijgsgevangen gebruikten om bruggen te bouwen, over het uitsterven van de wolf, over de massale ontbossing. Slechts vijf procent is nog overgebleven. Hij vertelde ook over de overpopulatie van herten en de 120.000 die elk jaar verplicht worden gedood. Vreemd, want 'the only deer we saw, was a death deer'. Langs de kant van de weg. Een drietal zelfs. Cameron toonde ons een Icehouse, de diepvries van de Highlander, en Old man's beard, een soort mos dat aan de bomen groeit. En hij toonde ons 'the low- and the highlands', maar enkel in de buurt van Aberfeldy. Het mooiste deel van de reis moest nog komen en het kwam. Met alles erop en eraan. De waterval bij Kilt Rock, de helblauwe zee van Tallisker Beach, de majestueuze hoogten van de Black Cuillins en het Glenfinnan viaduct, de stilte aan Loch Awe en de adembenemende wind bij Neist Point Lighthouse (zie foto). Adembenemend en emotioneel, want geloof me, dit zie je niet elke dag. Dit 'takes your breath away'. Niet enkel letterlijk maar absoluut figuurlijk. Dit beeld overtreft elke kathedraal waarin God niet langer wordt verheerlijkt, maar waar je scones kan proeven en 'steak and local ale pie'. Jezus had in zijn tijd al die winst jagers allang de deur uitgeschopt. Maar tijden veranderen. The Witchery by the Castle in Edinburgh is een kerk die gebruikt wordt als theater en restaurant en is ronduit prachtig. Wij hebben er niet gedineerd. Zoals we zoveel niet hebben gedaan. Een week is veel tekort. Dus moeten we terug. We kunnen niet anders. Er is zoveel te zien en zoveel te vertellen. En dan heb ik het nog nauwelijks over de vele clans gehad. Waaronder the MacDonalds en Robert Campbell 'the villain in Scottish history'. Maar dat bewaar ik voor 'another story'. A bigger one.